Tien onconventionele tips voor een goed sollicitatiegesprek
Regelmatig maakte ik deel uit van selectiecommissies en zag ik sollicitanten antwoorden geven, waarbij ik wist, nu wordt het een “nee”. De tips voor een sollicitatiegesprek op internet vond ik vaak veel te technisch. Zelden werd aandacht besteed aan de psychologie van de selecteurs.
Zo kan het advies om vooral jezelf te zijn, gemakkelijk verkeerd uitpakken. Natúúrlijk moet je niet ‘heel iemand anders zijn’ in een sollicitatiegesprek. Maar het is ook goed om je te realiseren dat de tijd zo kort is, dat er nauwelijks ruimte is voor nuancering. Dat dus elk vlekje aan jou opeens het hele beeld negatief kan doen kleuren. Het is dus belangrijk om goed na te denken over de boodschap die je hebt. En je vooral ook goed te verplaatsen in de selecteurs. En dan ben je jezelf, maar wel ‘sollicitatiegesprekproof’. Hier een aantal onconventionele tips, waarmee je je kansen kunt vergroten.
1) Zorg voor hard bewijsmateriaal.
Vertrouwen creëer je door bewijsmateriaal. Door de dingen die je gedaan hebt. Niet door hard te roepen dat je heel goed in het organiseren bent, maar door aan te geven dat je een traject hebt getrokken met een budget van 1.2 miljoen. Dat je dat jaren achter elkaar hebt gedaan en er telkens weer voor werd gevraagd. Dat je altijd binnen budget bleef. Dat jij de trekker was van dat congres. Of jarenlang de tweede m/v bij de cao-onderhandelingen. Wees geen blaaskaak: “Ik kreeg gewoon veel kansen” doet het altijd goed. De goede verstaander begrijpt allang dat jij blijkbaar goed bent in wat je doet.
2) Stel je selecteurs gerust.
Het is goed om je te realiseren dat selecteurs geen gemakkelijke rol hebben. Het gaat om belangrijke keuzes en een verkeerde keuze geeft veel gedoe in een organisatie. Het luistert nauw, maar jij hebt er invloed op. Door de opgewekte rust die jij uitstraalt. Door je inlevend te tonen (“Het lijkt me een lastige keuze c.q. zware dag”). Door de selecteurs te bevragen op wat er voor hen belangrijk is. Maar vooral door het gezamenlijke streven te benadrukken: dat jullie beide een goede keuze maken. Dat jij ook alleen maar wilt starten als je het idee hebt er een succes van te kunnen maken.
3) Denk klantgericht en schiet niet met hagel.
Wat vinden deze mensen, deze organisatie belangrijk? Wat zal ze aanspreken en wat zal ze afschrikken? Misschien een open deur, maar we zijn vaak teveel met onszelf als sollicitant bezig om klantgericht (lees: selecteurgericht) te zijn. Je voorganger ontslagen wegens financiële malversaties? Benadruk jouw alom bekende integriteit. Grote reorganisatie op komst? Zoom dan in op situaties waarin jij opviel door jouw nuchterheid en stabiliteit. Te vaak hoorde ik enorm doordachte opsommingen van kwaliteiten, niet afgestemd op wat er gezocht werd. Wees niet de autoverkoper die uitgebreid vertelt hoe fijn de ski’s kunnen worden meegenomen, tegen iemand die helemaal niet van skiën houdt (ik, in dit geval).
4) Laat anderen het woord voor jou doen (ook zonder dat ze erbij zijn).
Mooier dan zelf roepen dat je goed bent is dat anderen te laten doen. Via stevige referentie, via je LinkedIn aanbevelingen en via het gesprek. Door mensen van naam te noemen in jouw branche als referent, help je de selecteurs aan vertrouwen in jou. Want als zo iemand zijn naam aan jou durft te verbinden, dan is dat een goed teken. Hetzelfde geldt voor bazen of collega’s vanuit de meest recente ervaringen. Dat gaat niet altijd, maar als je alleen referenten hebt van heel lang geleden lijkt het al snel alsof je lang geen succes hebt gehad. Wel altijd even vooraf overleggen met referenten en hen vriendelijk bevragen op wat ze van plan zijn te gaan zeggen.
5) Wees zuinig met woorden en zorg voor een goede ‘soundbite’.
In een poging de selectiecommissie te overtuigen gaan mensen vaak veel praten. Dat heeft in het algemeen een tegenovergesteld effect. De selecteurs hebben vaak (te)veel gesprekken op één dag en worden al gauw moe van al die woorden. Van belang is dat ze de juiste dingen van jou onthouden. Overschat dat niet. Help hen door niet te veel zijpaden te bewandelen. Door vooraf na te denken over wat jouw ‘soundbite’ zou moeten zijn. Een korte heldere boodschap die bij blijft en die jij een paar keer (met wat variatie) laat terugkomen in jouw verhaal. Bij voorbeeld:
“Ik heb geleerd dat ik op mijn best ben als het stormt, als iedereen zijn zekerheden kwijt is en er snel keuzes gemaakt moeten worden. De balans die er dan gevonden moet worden tussen meeleven en doorpakken, dat vind ik mooi om naar te zoeken. En daar ligt ook mijn kracht”.
“Ik heb bij mijn huidige werkgever ben ik vaak op de lastige trajecten gezet. Als er eerder dingen waren misgelopen. Ik merk dat ik dan geen moeite heb het hoofd koel te houden. Die stabiliteit, nuchterheid, kwam ook vaak terug in mijn beoordelingen”.
Wat blijft dan hangen? Zoiets als “stabiel, nuchter, niet bot”.
6) Ja, je hebt er zin in.
Maar het is zeker niet zo dat je geen andere mogelijkheden hebt. Enthousiast ben je, juist over deze rol, deze functie, dit thema, deze sfeer. Hoe specifieker, hoe beter. Banen krijg je overal, maar deze baan is speciaal. Realiseer je dat selecteurs vaak deel zijn van de organisatie en het leuk vinden als jij hun bedrijf/vak ook mooi vindt.
7) Je bent gewild (maar niet arrogant)
Natuurlijk willen anderen jou ook. Vertel waarmee je nog meer bezig bent, wie jou ook willen. Beetje aanzetten mag, maar niet liegen. Bewezen is dat mensen sneller iets kopen als anderen het ook willen hebben. Of vertel over die (recente) keer dat je tweede werd, na die kandidaat die gewoon zoveel meer ervaring had. Je hebt daarmee van anderen al een stempel ‘goedgekeurd’ gekregen. Door je fans te noemen (“kan het heel goed vinden met mijn directeur”, “Ben overgestapt naar research omdat de manager van die afdeling met een probleem zat en ze mij daar graag wilden hebben”). Als anderen jou willen geeft de selecteur jou onbewust sneller het ‘ok-stempel’.
8) Jij bent een reëel mens (ook als het misloopt)
Ook als je met ruzie weggegaan bent, is het beter daar niet teveel over los te laten en vooral opgewekt terug te kijken. Je hebt ”veel geleerd” en “een leuk afscheid gehad”. Elke klacht over je vorige werkgever kan als een boemerang naar je terugkomen. Niemand heeft zin in een ruziezoeker die bij ontslag de werkgever zwart gaat maken.
Vaak wordt zo’n verhaal ook gemaakt om uit te leggen waarom je weg gaat. Maar dat is helemaal niet nodig. Het is helemaal niet gek om een keer weg te gaan bij je werkgever. Je was gewoon weer eens toe aan een volgende stap in je ontwikkeling, had het gevoel dat je er je ideeën onvoldoende kwijt kon of werd altijd al aangetrokken door deze branche. Dat is ook een prima antwoord op de vraag waarom je weg wilt.
9) Stel de vragen die jou verder helpen.
Denk vooraf na over waar het jou om gaat. Vaak benutten kandidaten hun kostbare ‘vraag’ tijd onvoldoende. Als je scherp hebt wat voor jou belangrijk is (bv veel ruimte om zelf te beslissen); stel dáár dan een vraag over. Liefst een vraag naar de feiten en niet naar het oordeel van de selecteurs, want misschien is dat wel heel anders dan het jouwe. Vraag de commissie naar een voorbeeld, een uitdagend project dat jij, als je daar zou starten, mogelijk krijgt. Hoe het speelveld er ongeveer uitziet en wat tot jouw beslissingsbevoegdheid behoort. Met een goede inhoudelijke vraag, laat je natuurlijk ook weer zien, dat je over zaken nadenkt. Beperk jezelf wel en ga niet langer door dan er tijd is. Je kunt altijd vragen of er nog ruimte voor een vraag is of voorstellen hem anders tot een later moment te bewaren. En bewaar sommige vragen ook tot de band hechter is of regel het als je er werkt. Met een vraag als: “Kan ik op vrijdag graag thuis werken? “, kan je ook opeens in het vakje ‘niet ambitieus’ terecht komen.
10) Don’t sell yourself cheap.
Ook als je graag een baan wil, is het verstandig jezelf niet (ver) onder de marktprijs te verkopen. Want dan zou het beeld kunnen ontstaan dat er een vlekje aan je zit. Een jaarcontract is vaak aan de orde, maar misschien kom je er later achter dat er toch ook collega’s zitten voor wie dat niet gold. Daar kun je ook altijd naar vragen: ‘Geldt deze regel voor iedereen?” Breng je wensen met welwillendheid (om mee te denken) over, maar ook met vanzelfsprekendheid. Jouw houding is ook bepalend voor wat normaal is. En het is niet fijn er later achter te komen dat jij op een veel lager salaris bent aangenomen dan de anderen.